Met het ICALT-instrument wordt gemeten wat in een bepaalde les is waargenomen. Door de observatiescores om te zetten naar een zogeheten Rasch-schaal wordt duidelijk welke competenties – voornamelijk op pedagogisch en algemeen didactisch gebied – de startende leraar al heeft, welke niet, en waar diens ‘zone van naaste ontwikkeling’ zich bevindt. Op dat gebied kan effectieve coaching op maat plaatsvinden. Tijdens de ontwikkeling van de inductiearrangementen wordt bekeken hoe de inzet van het ICALT-instrument en de begeleiding concreet vorm kunnen krijgen. Observatie met het ICALT-instrument is er dus niet alleen om data voor onderzoek te verkrijgen. Voor de startende leraar en zijn of haar begeleider kunnen de observatiegegevens concrete handvatten voor verdere ondersteuning bieden.
Zie www.rug.nl voor meer informatie.
Financiële vergoeding
Deelname wordt vergoed. De school krijgt per startende leraar 1000 euro aan het begin van het onderzoekstraject en opnieuw 1000 euro aan het eind van jaar drie, mits aan alle verplichtingen is voldaan.
Scholing observators
De observators volgen in hun regio een dagdeel scholing om met het ICALT-instrument te kunnen werken. Die scholing wordt eventueel aangevuld met een dagdeel training ‘Begeleidingsvaardigheden’.
Informatie voor observators
Wat kunt u als observator verwachten?
- U neemt deel aan de training om het ICALT-instrument te leren observeren;
- U krijgt een aantal startende leraren onder uw hoede en maakt in overleg met hen de afspraak voor de les die u observeert;
- U voert de observatie uit en vult het formulier in, of voert de gegevens in via de bijbehorende app (wat mogelijk is vanaf de tweede meting, rond april/mei 2015).
De ingevulde formulieren stuurt u naar:
Lerarenopleiding Rijksuniversiteit Groningen
t.a.v. Michelle Helms-Lorenz (LONIE)
Grote Kruisstraat 2/1
9712 TS Groningen
Informatie voor starters
Wat kunt u als startende leraar verwachten?
- Er wordt zorgvuldig en vertrouwelijk met gegevens omgegaan. De gegevens worden anoniem verwerkt. In geen enkele rapportage kunnen uitkomsten herleid worden naar u of uw school;
- U ontvangt bij de start een door u te ondertekenen toestemmingsformulier;
- Daarin staat vermeld dat u zich indien gewenst op enig tijdstip kunt terugtrekken, in overleg met uw leidinggevende. Dit heeft namelijk financiële consequenties voor uw school, en de rector heeft getekend voor uw deelname. U meldt bij zowel de RUG als de projectleiding dat u zich terugtrekt;
- Een getrainde observator neemt contact met u op om een afspraak te maken voor de observatie van één lesuur in een van uw klassen, in april 2015, april 2016 en april 2017;
- In een van uw klassen (bij voorkeur de klas waarin is geobserveerd) vullen de leerlingen een vragenlijst in. Dit organiseert de contactpersoon van uw school voor u. Kies een klas met meer dan achttien leerlingen (in verband met de terugkoppeling die u krijgt op de vragenlijst en de bescherming van de anonimiteit van de leerlingen) die niet te ‘makkelijk’ is, omdat groei in makkelijke klassen minder zichtbaar wordt;
- U ontvangt desgewenst zo spoedig mogelijk na de observatie en de afname van de vragenlijst een e-mail met een terugkoppeling. Die behelst tabellen met de scores van uzelf, van de landelijke steekproef (cohortnorm) en de norm van ervaren leraren (vijftien tot twintig jaar ervaring). De terugkoppeling wordt alleen naar u verstuurd. U bepaalt zelf of u deze wilt inbrengen in het begeleidingstraject;
- U ontvangt in april/mei 2015, 2016 en 2017 een elektronische vragenlijst over de begeleiding bij u op school, en vult die in. Ook deze gegevens worden anoniem verwerkt en niet doorgegeven aan uw school;
- Mocht u tijdens de onderzoeksperiode de school verlaten, dan wordt de RUG hiervan op de hoogte gebracht via uw contactpersoon en de projectleiding van het inductieproject. De RUG neemt vervolgens contact met u op om de reden van vertrek te achterhalen zonder de school hierover in te lichten. U bent niet verplicht te antwoorden en uw antwoord wordt uitsluitend gebruikt voor onderzoeksdoeleinden.