De coach als onmisbare schakel
Alle starters zijn gebaat bij een goede introductie op hun school, een vaste contactpersoon, deskundige en alerte begeleiding en gerichte scholing.
Uit onderzoek blijkt dat een coach een cruciale rol speelt bij de opvang en begeleiding van starters in een onderwijsinstelling. Het is dus van belang dat u als coach goed geschoold bent, dat u kwaliteit kunt leveren en daarvoor voldoende gereedschap krijgt aangereikt.
Als coach bent u een rolmodel, een kundige docent, inspirerende collega en gids, iemand die zichtbaar is in de school, goed kan organiseren, positief en enthousiast, beschikbaar en flexibel is
Regionale partnerinstellingen kunnen scholen(groepen) via het project Begeleiding Startende Leraren de komende jaren informatie en ondersteuning bieden bij het ontwerpen van goede inductiearrangementen en bij de inzet van begeleidingsinstrumenten. De partnerinstellingen bieden trainingen voor coaches aan en organiseren werkbijeenkomsten voor school(op)leiders en P&O’ers die in beeld willen brengen wat er in hun organisatie nodig is om uitval van starters te voorkomen en hun groei als net begonnen onderwijsprofessional (verder) te versnellen.
Er zijn mogelijkheden om gericht te leren coachen op basis van de uitkomsten van observaties met het ICALT-instrument. Gebleken is dat een starter dankzij gerichte coaching in zijn zogeheten zone van naaste ontwikkeling al binnen een paar jaar het niveau van een leraar met tien jaar ‘gewone’ werkervaring kan hebben bereikt.
Het ICALT-instrument
Het ministerie van OCW heeft de lerarenopleiding van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) opdracht gegeven om onderzoek te doen naar de ontwikkeling van startende leraren. Gedurende drie schooljaren wordt jaarlijks:
- een les van een starter geobserveerd door iemand die getraind is in het werken met het ICALT-instrument (zie hierna);
- een digitale vragenlijst, in te vullen door startende leraren, over de effecten op hun functioneren van de begeleiding die ze hebben gehad;
- een korte digitale vragenlijst die wordt uitgezet onder de leerlingen van de leraar in kwestie.